Steden zijn steeds meer aangewezen op lokale ontwikkeling van gebieden, werkgelegenheid, bedrijvigheid, en reductie van energiegebruik, afvalproductie en luchtverontreiniging in de stad. Op deze terreinen voelen steden steeds meer druk en ontwikkelen zij ambities. Cirkelsteden richten zich op minimale uitval (van werkenden), minimaal afval (van burgers en bedrijven), en minimale uitstoot (van distributie en vervoer). Daarbij vormt het ene probleem een oplossing voor het andere. Zo kan gerichte bundeling, sortering en hergebruik van bouw/sloopafval zorgen voor vermindering van afvalstromen en transport daarvan.Tegelijk kan het werkgelegenheid creëren voor laaggeschoolde arbeid, en kansen voor creatieve bedrijven en producten die met afval nieuwe producten maken.
De Circulaire Hub Utrecht richt zich op deze effecten die gepland worden op het Werkspoorkwartier, en Lage Weide. Beoogd wordt een ‘Port of Utrecht’ als centrale plek voor stadsdistributie in Utrecht.
Aanpak project
Het project is voortgekomen uit de samenwerking met gemeente in Cirkelstad Utrecht. In de periode feb-juni 2015 werd een Quest-project uitgevoerd door studenten Technische Bedrijfskunde en Werktuigbouwkunde van de opleiding IED aan Hogeschool Utrecht. Een onderzoek in opdracht van het Lectoraat Nieuwe Cultuur in de Bouwketen en Gemeente Utrecht. De studenten gaven antwoord op de vraag hoe het concept Cirkelstad kan worden ingericht in de regio Utrecht. Daarin verkenden de studenten in drie deelgroepen respectievelijk het (potentiële) aanbod van bouw/sloopafval in de gemeente Utrecht; de (potentiële) vraag en toepassingsmogelijkheden van hergebruikt materiaal; en logistiek hoe vraag en aanbod op stedelijke schaal bij elkaar kunnen worden gebracht. Op basis van dit vooronderzoek werd een projectaanvraag ontwikkeld in samenwerking met praktijkpartijen en overige kennisinstellingen voor verder diepgaand en toegepast onderzoek en beproeving in de praktijk.
Wat is de (economische en/of maatschappelijke) waarde van het project?
In Cirkelstad Utrecht werken gemeente, bedrijven en instellingen aan het thema “geen afval, geen uitval, geen uitstoot”. Het doel hiervan is veelledig; optimale ketensamenwerking tussen partijen, maximaal hergebruik van sloop/afvalmaterialen, reductie van transportbewegingen en CO2-uitstoot, creëren van werkgelegenheid, toename van bedrijvigheid, stroomlijnen van stadsdistributie en stedelijke (her)ontwikkeling. In dit geval het Werkspoorkwartier en Lage Weide, zodat deze herontwikkeld worden tot Circulaire Hub/Port of Utrecht waar de nodige activiteiten worden geconcentreerd om de gewenste economische en maatschappelijke effecten te gaan bewerkstelligen.
In de gemeente Utrecht kan een circulaire hub voor bouwmaterialen gerealiseerd worden, blijkt uit onderzoek van studenten van Hogeschool Utrecht. Volgens de HU-studie is de hub het meest rendabel wanneer alle sloopmaterialen hergebruikt worden. De studenten stelden voor Utrecht een logistiek plan op dat een overzicht geeft van de benodigde middelen.
Circulair
De studie is uitgevoerd in opdracht van het HU-lectoraat Vernieuwing van de Bouwketen en de gemeente Utrecht, in samenwerking met Cirkelstad Utrecht. Uit het onderzoek blijkt dat de circulaire hub kan leiden tot een positief maatschappelijk resultaat. Daarnaast blijkt ook dat de hub ook een positief effect heeft op het milieu. Er kunnen veel banen gecreëerd worden in de materiaalverwerking en –bewerking op de hub en in het vervoer van het materiaal van en naar de hub. Bovendien wordt materiaaltransport beter gestuurd en daardoor vermindert de CO2-uitstoot.
Hogeschool Utrecht
De HU-studenten stelden voor Utrecht een logistiek plan op voor de circulaire hub, dat een overzicht geeft van de benodigde middelen. De belangrijkste zijn: arbeid, een informatiesysteem en opslagruimte. Werkspoorkwartier en Lage Weide – ook wel de Port of Utrecht genoemd - worden aangewezen als gebieden voor de hub en voor opslag en bewerking van goederen. De onderzoekers zien bouwprojecten vanaf 2016 in Leidsche Rijn, de wijk Overvecht en Utrecht Zuid-west als potentieel interessant voor de circulaire hub. Groot voordeel is dat de gemeente Utrecht bij veel van deze bouwprojecten opdrachtgever is. Daardoor zijn er korte lijnen naar de inzet van deze voorziening, en bovendien stimuleert de gemeente graag duurzame projecten.
Haalbaarheid
Studenten van de HU zijn nu een vervolgonderzoek gestart. Het gaat om toegepast onderzoek voor BAM (het circulair maken van installaties), Dura Vermeer (het circulair maken van wegen) en voor de handel (losse circulaire producten in de bouwsector). Voor de verschillende toepassingen wordt zowel de technische als de financiële haalbaarheid onderzocht.